Meesterlijke roman over de klauwen van het noodlot Calcutta, de anus mundi, eind jaren tachtig van de vorige eeuw. De naamloze verteller van het verhaal, een ex-drugsdealer, nu belegger en adviseur in allerhande malafide praktijken, doet een melodramatische zelfmoordpoging. Hij wordt gered door de dikke taxichauffeur Anindo. Vanaf dat moment neemt Anindo de regie over het leven van de verteller en reist met hem mee terug naar Europa. Daar beginnen ze samen met Tariq - een liefdesliederen zingende Pakistaan - en Bukje - een licht autistische boekhoudster die kranten leest van een jaar oud - een handel in vliegende tapijten. Langzaam maar zeker blijkt het wonderlijke gezelschap, inmiddels uitgebreid met de peepshowuitbater Dikke Dinsdag, deel uit te maken van een nietsontziende maffiafamilie. Het mysterieuze tapijt 'Paladijnen in de sneeuw' is de onheilspellende verzinnebeelding van de alom aanwezige dreiging waaronder alle personages in dit milieu van georganiseerde criminaliteit en moderne horigheid gebukt gaan. Ontsnappen uit deze wereld waarin liefde en geluk een illusie zijn, is onmogelijk. Of toch niet? Paladijnen in de sneeuw is niet alleen een duister en bizar verhaal over misdaad en geweld, maar bovenal een wervelende roman die met zijn uitbundige, flamboyante stijl de lezer overrompelt en ademloos achterlaat.