'Papieren vogels' is een kleine autobiografische roman met hilarische en soms schrijnende herinneringen aan een roomse jeugd in Hilversum tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. Maar ook met verhalen van een journalistieke insider over de provotijd in Amsterdam, het werk op een krantenredactie, belevenissen in de stamkroeg en wat dat voor het gezinsleven betekende. En tenslotte een openhartig en indringend verslag van de ziekte en euthanasie van de eerste vrouw van de auteur en over de innerlijke strijd die daarmee gepaard ging.