In dit boek laat Tyerman Williams zien dat Winnie-de-Poeh niet alleen, zoals hij al eerder bewees, een groot filosoof en esotericus is, maar ook een groot psycholoog. Aan de hand van praktijkgevallen toont de schrijver aan dat Poeh zijn vrienden zoals Janneman Robinson, Knorretje, Konijn en Iejoor psychologisch begeleidt en een grote bijdrage levert aan hun persoonlijke groei.