Jean-Pierre Vandamme, een pelgrim die te voet onderweg is naar Santiago de Compostela, wordt in Frankrijk vermoord. Twee dagen later ontsnapt Mad Maxc, een notoire misdadiger, met de hulp van twee kompanen uit de gevangenis van Brugge. Livia Beernaert, de vriendin van Jean-Pierre Vandamme, beweert dat er in de kluis van Jean-Pierre een enorme goudschat ligt. Het goud zou afkomstig zijn van de oom van Jean-Pierre, een huurlingenleider die zich in de jaren zestig aansloot bij de Katangese gendarmes van Tshombe.