Op 31 december 1962 gaat op Nieuw-Guinea de Nederlandse vlag voorgoed naar beneden. Het betekent dat in de voormalige Nederlandse kolonie alle Nederlanders naar huis moeten. Voor velen het einde van een onvergetelijk avontuur. Onder hen is Joop van den Berg, die er vijf jaar woonde en nu in een reeks korte verhalen terugkijkt op zijn Indische jeugd en zijn verblijf in Nieuw-Guinea. Verhalen vol bravour, cynisme, gène en ontheemdheid, maar ook vervuld van een soort heimwee naar de tijd van toen, naar opwindende tournees in de rimboe, naar dat leven op het scherp van de snede. In 1991 debuteerde hij, ook bij Conserve met de bundel verhalen Een mors huis - verhalen over Nieuw-Guinea, waarover Maarten 't Hart opmerkte: 'Heel aardige, ontroerende verhalen. Honderd en achttien pagina's maar, jammer dat het zo dun is...' Joop van den Berg werd in 1930 op Java geboren en schreef al meer dan tien boeken over het Indische verleden. Door zijn vele losse artikelen, kritieken en lezingen is hij nog steeds zeer actief in de Indisch-Nederlandse letterkunde.