Na zijn diensttijd vervuld te hebben, vertrekt de jonge Henri van Rijn, wiens ouders zijn verongelukt in de oorlogsjaren, in het vroege voorjaar van 1953 voor een zorgeloze vakantie naar het huis van zijn oudoom Frederik in Albano, nabij Rome. Van deze broer van zijn grootvader verneemt hij de opmerkelijke geschiedenis van het leven van zijn opa en de chantage waaraan deze ten prooi viel aan het einde van de Tweede Wereldoorlog en waarbij hij zijn kapitale muntencollectie moest afstaan. Oom Pieter, de broer van Henri's vader, moet door de affaire van grootvader noodgedwongen onderduiken en blijkt dienst genomen te hebben in het Vreemdelingenlegioen. Henri neemt het besluit eveneens dienst te nemen in dit fameuze leger om zijn oom te kunnen opsporen. Een harde tijd volgt en uiteindelijk lijkt de opoffering van Henri tot resultaat te leiden, waardoor niet alleen zijn eigen leven een geheel nieuwe wending krijgt, maar ook het familiedrama ontraadseld wordt...