In de dolle jaren zestig kocht iedereen die zichzelf serieus nam een tweede huis. Kanga en Ari raken ook bevangen en komen in het bezit van een oude bakkerij in het waterdorp Plattebeld, in de kop van Overijssel. Ogenschijnlijk is het verschl tussen stad en platteland groot. Tegen de Ruysdaelluchten van natuurgebied de Weerribben steken de contouren van hartstocht en drama scherp af. Brengt het spaarzame paren in een dunbevolkte streek een ander magnetisch veld teweeg dan de in de grote stad en masse bedreven liefde?