'Mijn moeder stierf met haar ogen wijd open, in 1947, vlak bij Maude in de Riverina. Er werd geen dokter gebeld, haar lichaam werd niet afgelegd. ik vraag me nog steeds af wat hij dacht toen hij haar in de kuil liet zakken, zonder een afscheidswoord of een kist of haar volledige naam, terwijl hij knielde en met zijn bleke Schotse handen rode aarde over haar heen schepte.' De twaalfjarige Day is niet voorbereid op zijn moeders dood - op bed vastgebonden in een afgesloten slaapkamer en vervolgens zonder enige ceremonie in het zand begraven. Uit angst voor zijn vader ontvlucht hij hun afgelegen boerderij in New South Wales, met als enige zekerheid dat hij nooit meer terug zal keren. Day vindt een baantje als staljongen, weet zich op te werken tot palfrenier en vertrekt met het renpaard Unusual naar Amerika. in het hem vreemde landschap van Maryland wordt zijn onverminderde, pijnlijke liefde voor zijn moeder op de proef gesteld door de komst van Callie, die vastbesloten is de eerste vrouwelijke jockey ter wereld te worden. Naarmate Days passie voor Callie hem meer in de greep krijgt, wordt hij gedwongen zijn verleden onder ogen te zien - en te aanvaarden dat terugkeren de enige manier is om verder te gaan. De gevolgen van zijn weifelende tocht naar huis zijn schokkender dan zelfs hij zich had kunnen voorstellen.