Tussen hoop en wanhoop Op 22 februari 2007 wordt Fred de Raden voor de tweede keer vader. Zijn vrouw Janet bevalt van een prachtige zoon, Ruben. Kort na de bevalling wordt duidelijk dat er iets ernstig mis is. Janet en Ruben worden onmiddellijk met een ambulance naar het ziekenhuis gebracht. Daar blijkt dat Ruben een darmafsluiting heeft en direct geopereerd moet worden. De operatie slaagt, maar Ruben wordt alleen maar zieker. Vier lange maanden vecht hij in het ziekenhuis voor zijn leven, met zijn vader en moeder aan zijn zijde. Het is een ongelijke strijd: in de zomer van hetzelfde jaar overlijdt de kleine Ruben. Dit boek is het verhaal van Rubens veel te korte leven, op een integere, liefdevolle en indrukwekkend eerlijke manier beschreven door zijn vader. Diep ontroerend en op openhartige wijze verteld door een vader Inkijkje in de levens van ouders die langere tijd bij hun kind in een ziekenhuis verblijven Fred de Raden (1969) woont met zijn gezin in Weiteveen (Drenthe). Jarenlang werkte hij als verpleegkundige in de kinder- en jeugdpsychiatrie. Tegenwoordig is hij werkzaam in het onderwijs voor verpleegkundigen. Daarnaast verzorgt hij communicatietrainingen bij zorginstellingen. Ruben is de middelste van hun drie zonen en overleed in de zomer van 2007. Om kwart over elf wordt Ruben geboren. Een stortvloed aan vruchtwater komt achter hem aan. Het is ongelooflijk dat hij er zo snel is. Enkele seconden later ligt hij bij Janet met zijn hoofdje schuin tegen haar aan. 'Maak snel een foto,' roept Janet. Gelukkig heb ik het toestel klaarliggen en ik neem achter elkaar foto's. Het duurt een eeuwigheid voordat het digitale beeld terugkomt om de volgende foto te kunnen maken. Dan zie ik door de lens dat Ruben moeite heeft met ademhalen en dat het vruchtwater vreemd van kleur is. In een reflex leg ik het toestel weg en durf geen foto meer te maken.