Aan het begin van de twintigste eeuw beheert de gewaardeerde familie Safi in de havenstad Basra de handel, onder toeziend oog van de Britten. De familie, lid van de christelijke minderheid in Irak, wordt geleid door de broers Saliem en Jamil. Zij onderhouden de tientallen bedienden en hun gezinnen, die ook delen van het enorme huis bij de rivier bewonen. De vrouwen van de broers dragen zorg voor de opvoeding en regelen de dagelijkse gang van zaken. Zo genieten de familie en de mensen om hen heen gezamenlijk van een goed leven in het tweestromenland, de bakermat van de beschaving. Maar de wereld verandert. Olievondsten maken Irak tot speelbal van de economische belangen van de grootmachten, de westerse invloeden nemen toe, het streven naar onafhankelijkheid verhardt de politiek. De woelige tijden laten ook de familie Safi niet ongemoeid. Het is het begin van een kleurrijke geschiedenis, die eindigt in Nederland.