Sido en Het huis van mijn moeder zijn gebouwd uit losse taferelen, waarin Sido een centrale plaats inneemt. Colette beschrijft haar moeder als de spil van een bijzonder gezin. Met haar open geest wist de eigenzinnige Sido in het bekrompen provinciedorp een eigen wereld te creëren, een universum van planten en dieren, maar ook een omgeving waarin veel gelezen werd - Colette was al op jonge leeftijd verslingerd aan Balzac en Zola - en waarin de kinderen alle ruimte kregen om zich te ontplooien. In een voorwoord dat ze later bij de twee boeken schreef, zegt Colette over Sido: "Ik heb het personage dat zich langzamerhand aan de rest van mijn oeuvre heeft opgedrongen, nooit losgelaten: dat van mijn moeder. Het achtervolgt me tot op de dag van vandaag."