De negenenveertigjarige Michael Snowe, een volstrekt ingeburgerde Amerikaanse immigrant, is gefascineerd door de perfecte moord. Hij is ervan overtuigd dat het heel eenvoudig moet zijn die te plegen, zolang het maar zonder motief is en in de marge van de dag. Om zijn stelling te bewijzen, vermoordt hij een willekeurige oude dame. Het valt hem echter zwaar om met zo'n groot geheim te leven. Hij valt ten prooi aan oude angsten en hallucinaties die ondanks medicatie na tientallen jaren opnieuw bovenkomen. Zijn relatie met de zevenendertigjarige Anja komt onder druk te staan. Wanneer Michael definitief lijkt weg te zakken in het moeras van zijn geest, komt het verlossende woord uit de mond van niemand minder dan het slachtoffer zelf.