Jude Gower, een jonge Londense veilingmeester die recent haar man heeft verloren, wordt naar Wickham Hall gestuurd om een verzameling achttiende-eeuwse astronomische instrumenten te taxeren. Het oude, statige landgoed intrigeert Jude: haar overgrootvader was er tussen de twee wereldoorlogen jachtmeester. Onderweg naar Norfolk, waar Wickham Hall ligt, stopt Jude voor een bezoek aan haar oma. Die vertelt haar over een mysterieuze affaire die er ooit heeft plaatsgevonden. Terwijl Jude op het landgoed bezig is, vormt ze zich een beeld van Anthony Wickham, de eenzame amateur-astronoom die het huis bewoonde in de achttiende eeuw, en van zijn dochter, Esther. Ook ontmoet ze er de schrijver Euan. Terwijl Jude het tragische verhaal van Anthony en Esther ontrafelt, leert Euan haar alles over de helende kracht van de natuur en de sterren. Geleidelijk aan leert Jude de tragedies in haar eigen leven te vergeten en opnieuw lief te hebben.