Een klassieker uit de twintigste-eeuwse Nederlandstalige literatuur. Een Franse Hugenotenfamilie reist naar Suriname om daar op een plantage een nieuw leven te beginnen. Te midden van de altijd warme tropen ervaren zij de harde realiteit van de ongelijke strijd tegen het oerwoud, het onrecht van de slavernij en de gevaren van het rassenverschil. 'Helman is de lyrische chroniqueur van de strijd tussen mens en wildernis (die) geen rustpoos kent, een mythemaker die Suriname van aansprekende geschiedenis voorzag. Alleen al daarom zou ook hij de status van volksschrijver verdienen.' NRC Handelsblad