Gabi en Lia brengen elke zomer in Italië door. Als dochters van een archeologe gaan ze vaak met haar mee naar oude graven met bijzondere muurschilderingen. Op een dag leggen ze hun handen tegelijk op een tekening van twee handen en verdwijnen ze naar het jaar 1332. Daar is een hevige strijd gaande tussen twee adellijke families. Gabi wordt gered door de prins Marcello Falassi die haar naar het kasteel van zijn vader brengt. Ineens lijkt haar vakantie een stuk interessanter...