In Terra incognita vertelt Ruud Lapre een dubbel verhaal op de grens van memoires en literatuur. Als zijn zoon ten gevolge van een auto-ongeluk in coma ligt, vertelt hij deze zijn levensgeschiedenis, om de tijd te doden en zijn zoon tot leven te wekken. In zijn verhaal zit ook het verhaal van zijn eigen vader verweven, dat deze hem in de vorm van spaarzame brieven toevertrouwde. De lezer maakt kennis met het verhaal van Nederlands-Indie kort voor, tijdens en kort na de oorlog, aan de hand van het verslag van de grootvader en de persoonlijke herinneringen van de vader. Het zijn tastbare 'Indische schetsen' die een verloren wereld verbluffend dichtbij brengen. Het tweemaal 'van vader op zoon' vertelde Terra incognita maakt pijnlijk voelbaar hoe moeilijk het is om het verhaal van de ene generatie door de geven aan de andere. Bijna altijd zijn er schijnbaar dringender zaken die voorgaan. Daarmee krijgt het historisch ingebedde persoonlijke verhaal een tragisch filosofische allure.