Begin 1900 lijdt een Nederlandse botter, na een dwaaltocht via het IJsselmeer en de Noordzee, schipbreuk op de kust van een onbewoond eiland ver ten noorden van Schotland. De bemanning overleeft het barre avontuur en begint aan een noodgedwongen jarenlang bestaan op dit eiland, generatie na generatie. Arie Vonk, één van de nazaten, bouwt een zeewaardige boot en weet daarmee Schotland te bereiken.