De Hongaarse zigeuner Branko arriveert in een kamp aan de rand van een stad. De kinderen zijn nieuwsgierig naar de vreemdeling en drommen elke avond samen rond zijn hut, om hem te horen vertellen over zijn voorouders die tijdens de Tweede Wereldoorlog werden verraden. Alleen Branko’s vader overleefde de oorlog. Gekweld door zijn pijnlijke verleden vertelde hij zijn zoon pas aan het eind van zijn leven dat Branko’s opa ooit een succesvol circus leidde. Branko vertelt niet alleen zijn familiegeschiedenis, maar brengt ook het oude circus weer tot leven. Met de attributen uit zijn tien mysterieuze kisten ontpoppen de kinderen zich als talentvolle circusartiesten. Dankzij Branko’s verhaal en zijn circus ontvluchten zij de harde werkelijkheid van armoede, drugs en geweld, en durven zij weer in hun dromen te geloven. Branko combineert de kleurrijke zigeunerwereld van de films van Emir Kusturica met de sfeer van Fellini en vertelt in een beeldende en poëtische stijl een ontroerend verhaal over verlies, wraak, vriendschap en hoop.