Onder begeleiding van drie paters vertrekken tien achttienjarige jongens op 27 oktober 1956 met de boot naar Brazilië. Drie Limburgers, twee Tukkers, twee Brabanders, een Groninger, een Drent en een Noord-Hollander zullen door de katholieke Orde van de Karmelieten in tien jaar worden opgeleid tot missionaris.