'En dan sloot hij zijn boeken en trok opnieuw naar de steenwegen en zandwegen om in weer en wind te wachten, te loeren, te achtervolgen, te bekeuren, te wachten.Een man loopt door de twintigste eeuw, een gewone man die leeft op een ongewoon bewuste manier en met een onrustig zwijgend hart. De eerste wereldoorlog ondergaat hij als kind in Brugge, in 1940 stuurt de volgende oorlog hem naar Frankrijk voor een bizarre ries; zijn latere jaren brengt hij door in Oost-Vlaanderen. De zoon die dit verhaal vertelt dwaalt rond op de plaatsen van zijn vaders leven en houdt zich soms moeilijk op de been. Hij heeft de touwtjes in handen maar moet toelaten dat ook zijn moeder op een verrassende manier haar opwachtig maakt. De vaderr wordt benaderd via zijn eigen taal, en daaraan voegt de verteller nieuwe taal toe, een taak van herinneringen en fantasieën en historische terzijdes. Het resultaat is zowel het portret van een man als een uniek beeld van een Vlaamse verleden tijd.Joris Note buigt zich over zijn vader zonder sentimentaliteit maar met vertedering. 'Timmerwerk' is, uiteindelijk, liefdesgeschiedenis.