Jaguars in de boter, een Renault 4 die Gitanes rookt, een alpinist die te pletter stort omdat een jongetje te langzaam leest en een bezoeker van een soiree die door de vloer zakt en verdrinkt: de microverhalen uit DE TOESPRAKEN VAN DE BEKKENKNIJPER houden de werkelijkheid een lachspiegel voor. In veertien bravourestukjes van surrealistische humor etaleert Julio Cortázar het wonderbaarlijke van de alledaagsheid. Zwaarwichtigheid en ernst zijn zijn grootste vijanden, uiterst banale taferelen nemen bij hem in een paar regels een krankzinnige wending. Hij stelt onthutsende vragen als: Hoeveel vesten kun je kwijt in een soepketel? Waarom wekt de keuze voor een banaan de achterdocht van de autoriteiten?