In Tussen de zwarte en de witte pagina wordt de voorgeschiedenis in kaart gebracht van wat later 'het moderne proza' is genoemd. Deze studie, de eerste in haar soort, gaat ervan uit dat er in de prozaliteratuur twee stromingen te onderscheiden zijn, elk met een eigen traditie: de ene volgt de meer beproefde methoden, geijkte vormen, de ander is meer tegendraads. Tussen de zwarte en de witte pagina is essayistisch geschreven en leest als een roman.