In dit hoogst originele onderzoek legt filosoof Raymond Tallis stukje bij beetje het lichaamsdeel bloot waar we ons het meest mee identificeren: ons hoofd, en hij gaat op zoek naar de zetel van onze ziel en onze identiteit. Tallis diept de sociale geschiedenis van het blozen uit, denkt na over de vreemde gewoonte van het kussen, laat ons zien waarom giechelbuien aanstekelijk werken en vraagt zich af of tranen van het lachen dezelfde zijn als tranen van verdriet. Met zijn beschrijving van slapen en waken, de transformatie van ademen naar spreken en de ontwikkeling van het abstracte denken laat Tallis zien dat het hoofd een plaats is waar voortdurend vitale activiteiten plaatsvinden. Zijn onderzoek is een fascinerende analyse naar alledaagse zaken die zich in het hoofd afspelen. Als je Van oor tot oor uit hebt, zul je als je voor de spiegel staat je eigen gezicht met andere ogen bekijken.