Zes geromantiseerde semi-autobiografische verhalen over Gabon, Oman en Curaçao. Elk verhaal heeft iets mysterieus. Het achtste graf vertelt over een ex-Shell-arts, die na omzwervingen terugkeert naar een door een virulent virus uitgestorven Gabon. In Het Hoogste Punt wordt een waditrip in Oman naar de Jabal Shams beschreven. De Vlucht is een verslag over gebeurtenissen tijdens de opstand van 1989 in Gabon. Op Curaçao ontdekt Titia op mystieke wijze haar rol in de 'legende' van Het Kind van Landhuis Ronde Klip. Ras Al Hadd is een verhaal over een tocht naar het schildpaddenstrand in Oman. In De tweeling van Hélène overleeft een pasgeboren tweeling de gecompliceerde bevalling en de ban van de Zwarte Magie. Het boek is voorzien van mooie sfeerbeelden.