De hunebedbouwers, Willem van Oranje en Mohammed B. hebben één ding gemeen: zij woonden in het land dat inmiddels het Koninkrijk der Nederlanden heet. In duizenden jaren is het vormgegeven door miljoenen inwoners. Hun geschiedenis is beschreven door historici, onderzocht door archeologen, verbeeld door kunstenaars. Rembrandt schilderde De samenzwering van Claudius Civilis, over de strijd tussen Bataven en Romeinen; waarom werd het schilderij uit het Amsterdamse stadhuis verwijderd? Kijk naar de gruwelijke Lijken van de gebroeders de Witt, en je realiseert je dat de volgende politieke moord Pim Fortuyn betrof. Hans den Hartog Jager en Pieter Steinz gingen op zoek naar kunstwerken die historische gebeurtenissen als onderwerp hebben. Zij vroegen zich af: waarom is deze gebeurtenis zo verbeeld en niet anders? Hoe schilderde een protestantse kunstenaar de Tachtigjarige Oorlog, en hoe zag de Opstand eruit bij de katholieke Vélazquez? Wat zien we níét op Dirk Valkenburgs Plantage in Suriname, en juist wél op Portret van Erasmus van Hans Holbein? Verleden in verf is een Nederlandse geschiedenis en kunstgeschiedenis in één.