In 1997 overleed de dichter, prozaschrijver en essayist Arie Visser (1944-1997), in kleine kring bekend door zijn puntige poëzie, zijn roman 'Het vangen van de draak', zijn heroïneverslaving, zijn huwelijk met een Marokkaanse en zijn bekering tot de islam. Door zijn levenswijze bleef Visser een figuur in de marge en kreeg zijn werk weinig aandacht. Ten onrechte, zoals blijkt uit zijn VERZAMELD WERK, dat tien jaar na zijn dood verschijnt en de originaliteit van zijn oeuvre onthult. We zien een poëzie die door haar eenvoud, vormvastheid en religieuze elementen terugwijst naar Nijhoff en Gerhardt. Een rauwe en tegelijk filosofische roman over de Amsterdamse drugsscene. Erudiete beschouwingen over jazz en poëzie, heroïne, de mystiek van Zen- en soefi-meesters en een twintigtal stukken over het leven in Marokko en de problemen van Marokkanen in Nederland, die Visser als een van de eersten heeft geanalyseerd.