In de Bommelsage heb ik dikwijls het genoegen gehad enige dichtregels van de markies de Cantelaer te noteren. Dit waren meestal invallen en inspiraties die de edelman troffen voordat hij door de held van het epos getroffen werd. Zijn oeuvre maakte daardoor een enigszins fragmentarische indruk, zodat het mij niet bevreemdde klachten van lezers te krijgen. Men wenste kennis te nemen van de voldragen poëzie van de dichter, en het gaf me dan ook grote voldoening om zijn gedichten naar mijn beste vermogen onder het volk te brengen. Voorwaar geen gemakkelijke taak. Uit deze verzen rijst een dichter op met een diep innerlijk leven; een hartstochtelijk zanger van liefdessmart en strijd, van ongestild verlangen en bitterheid om vervlogen illusies. In het eerste gedeelte van deze bundel breekt de zanger na een smartelijke jeugd met het oude, hetgeen de Bewegingen van '40 tot gevolg had. Hij bleef echter de enige veertiger want een eenzame was ook hij, zoeken naar het Grenzeloze, maar vaak, helaa