Bloemen in alle kleueueuren, anjers en roooooozen, kamerplanten; hebbie nog haaaaazen- en konijnenenvellen; verse waaaaaaaaar van Bosselaar. Koffietheelimonadehaagsepostviezeboekies. Ouderen herinneren het zich nog en vijftigers hebben er nog het staartje van meegemaakt in de persoon van schillenboer of scharensliep. Venters zijn er niet meer en hun straatroepen ook niet: Ze zijn verboden door gemeentelijke verordeningen: er mag geen herrie gemaakt worden op straat... Piet van der Eijk schreef een stuk over de venter en zijn roep. Hij bleek hiermee een gevoelige snaar te hebben geraakt: een lawine van vaak emotionele reacties van mensen die zich bepaalde kreten herinnerden. Dit alles werd aanleiding tot dit boek, waarin een verdwenen fenomeen uit de geschiedenis van de straat in het licht wordt gezet