Op een koude dag in oktober 1917 wacht Margaretha Zelle, beter bekend als Mata Hari, in een gevangeniscel in Parijs op haar proces. Beschuldigd van het spioneren voor Duitsland tijdens de Eerste Wereldoorlog zal ze, indien veroordeeld, door een vuurpeloton ter dood gebracht worden. Terwijl ze wacht op haar executie, belast met een geheime schuld, vertelt Mata Hari haar verhalen, net als Sheherazade, om zo haar leven van haar ondervragers terug te kopen. Na haar sombere kinderjaren in Nederland en een liefdeloos huwelijk met een Nederlandse marineofficier trekt Margaretha naar Indonesië, waar ze kennismaakt met de verboden wereld van het sensuele genot. In de kou van haar gevangeniscel vertelt ze over die tijd: ze herinnert zich de rozenwaterbaden, haar inheemse minnaars en de Javaanse jungles. Ze blijkt in staat die magische wereld opnieuw op te roepen, de wereld die haar steun verschafte, zelfs toen haar familie ten onder ging. Op de vlucht voor haar echtgenoot wordt Margaretha Mata Hari: kunstenares, circusruiter en ten slotte de beroemde danseres, gekleed in sluiers, bewonderd door Diaghilev en optredend voor de groten van Europa. In al haar transformaties blijven de fatale vragen omtrent haar leven _ was zij een spion, en zo ja, waarom? _ altijd aan de opppervlakte. Was getekend, Mata Hari is een zacht, mysterieus en intens erotisch portret van een van de meest achtervolgde iconen van de twintigste eeuw.