Tussen de oorspronkelijke boodschap van Jezus zelf " hier uniek en betrouwbaar gereconstrueerd " en de latere verhalen over Jezus gaapt een diepe kloof. Jezus zelf verkondigde het spoedige wereldeinde en het koningschap van God op aarde waaraan ieder deel kon hebben. Aan het officiele christendom ging lange tijd een uiterst gevarieerde, vooral Joodse Jezusverering vooraf. Is in deze opvattingen te herkennen wat Jezus zelf werkelijk zei? Met dit boek in de hand kan de lezer zijn eigen mening vormen. In "Wat Jezus werkelijk zei" geeft Boudewijn Koole een overzicht van de historische achtergronden van jodendom en christendom in het algemeen, en van hun heilige teksten in het bijzonder. Voor wie de Bijbel vertrouwd is zet dit boek zaken in een opmerkelijke nieuwe context; voor wie niet zoveel van jodendom en christendom weet, is het een intrigerende introductie. Vooral de figuur Jezus en zijn latere verering komen in een geheel nieuw licht te staan.Boudewijn Koole studeerde theologie en filosofie in Amsterdam en werkte o.a. als cursusleider geloofs- en samenlevingsvragen, uitgeefredacteur en zelfstandig publicist. Hij promoveerde in 1986 onder leiding van professor Gilles Quispel aan de universiteit van Utrecht op het onderwerp Man en vrouw zijn een: de androgynie in het christendom, in het bijzonder bij Jacob Boehme; en publiceerde in 1989 Voorbij het patriarchaat: tegenbeelden van de Westerse cultuur. Hij vertaalde o.a. De schatkamer van het oog van de ware leer van Dogen Kigen, en Zen en het Westerse denken van Masao Abe.