'De wind werd kouder en de hemel werd zwart. De regen kwam met bakken uit de hemel, vergezeld door donder en bliksem, en het geluid was oorverdovend. Het water stroomde langs de olifanten, druppelde over de ruggen van de modderige buffels. Ik stond nog steeds door het open dak te kijken, het water liep over mijn wangen, stroomde langs mijn nek, verstopte mijn neusgaten, en mijn haar plakte tegen mijn slapen. Ik ademde en voelde de ruimte, de regen, de geur van de dieren, van de aarde die haar rijkdommen prijsgaf, Ik huilde. Eindelijk.' In de uitgestrekte weidsheid van Oost-Afrika woont een hechte groep blanke emigranten die elkaar allemaal kennen. Ze ontmoeten elkaar bij etentjes; ze delen dezelfde dokters, eten in dezelfde restaurants en vrijen met elkaar. De Italiaanse Esmé is een van hen. M, Wetten van de wildernis is zowel een scherpzinnige beschrijving van het leven van een blanke gemeenschap in Nairobi, als het ontroerende verhaal van een jonge vrouw, Esmé, die haar plek in Afrika tracht te vinden en die worstelt met haar gevoelens voor de twee mannen van wie zij houdt: Adam, de Keniaan die haar als eerste de overweldigende schoonheid van haar nieuwe vaderland toont; en Hunter, de Engelse oorlogscorrespondent die de verschrikkingen van het Afrikaanse continent kent als geen ander.