Ik heb de drukproeven gelezen en was zo onder de indruk van wat Willink te zeggen had, dat het verzoek van hem en zijn vrouw om een Voorwoord mij enigszins in verlegenheid bracbt. Want Willinks waarheid spreekt zo helder en scherpzinnig voor zichzelf, dat de inleider zich voelt als een lastige bezoeker die tot bet atelier heeft weten door te dringen en nu, tussen de meester en liet doek waaraan bij werkt, voornamelijk in de weg staat. Het boek ontleent zijn grote waarde aanbet feit dat de oud geworden meester, terugkijkend op zijn leven en op zijn oeuvre, met een koelheid die vaak aan humor grenst, liet beeld dat zijn exegeten van hem opbouwden tot op de sokkel slecht! (S. Carmiggelt)