Jean-Paul Sartre (1905-1980) geldt als een der belangrijkste schrijvers van de 20ste eeuw en de laatste maître à penser van onze tijd. In 'De woorden', de herinneringen aan zijn jeugdjaren, biedt hij een fascinerende blik op de oorsprong van zijn schrijverschap. Het is een uniek, wonderlijk en onbarmhartig eerlijk boek over de wording van zijn levenslange liefde voor het geschreven woord. Maar het is bovenal een meesterlijke zelfanalyse van een mens die zijn eigen dromen en tekortkomingen onder ogen ziet. Zelden was een literair zelfportret emotioneel en intellectueel zo waarachtig en overrompelend.