Tussen de studentenprotesten van 1968 en de geweldsescalatie van de Duitse Rote Armee Fraktion (RAF) in 1977 ligt een bewogen decennium, waarin ook Nederland werd opgeschrikt door het geweld van onder andere de Rode Jeugd. Hoe kon het gebeuren dat een klein groepje babyboomers naar de wapens greep? En waarom groeide de Rode Jeugd toch niet uit tot een Nederlandse RAF? Zaterdagmiddagrevolutie beschrijft de Rode Jeugd aan de hand van het kernlid Luciën van Hoesel (1950-2000). Hij leidt de lezer door een rood decennium met incidenten als de Amsterdamse Telegraafrellen, de Meirevolte te Parijs, een Eindhovense stadsguerrilla, RAF-geweld in West-Duitsland en een gevechtstraining in Zuid-Jemen. Tegelijkertijd krijgt de lezer een inkijk in het leven van een linksradicale revolutionair, wiens communistische idealen verstrekkende gevolgen hadden. Met een voorwoord van Maarten van Rossem.