Onmacht waarin men als vrijwilliger terecht kan komen en het buitengesloten worden in processen die dementerenden ondergaan, staan centraal in Zomaar, geschiedenis of realiteit. Veel aspecten vanuit dit ongrijpbare leven komen boven door aandacht en zorg bij verdriet door eenzaamheid waarin de dementerende verkeert. Er zijn momenten waarbij gevoelens vaak in gevecht komen door onbegrip. 'Waarom laat men haar nu alleen?' Angstig kijkt ze mij aan. 'Ik moet weg uit dit huis,' snikt ze verdrietig, 'waar moet ik heen?' Wat nu te doen met de angst en leegte die haar wereld steeds kleiner maakt? Haar verdrietige ogen doen zo'n pijn! Is hier acceptatie mogelijk?