In zijn vierde dichtbundel gaat Hans Groenewegen meer dan ooit in gesprek. Er klinken dan ook vele stemmen door deze poëzie, maar zijn ze wel per definitie van de ander? Als mensen onwelkome kwesties nu eens niet gedachteloos afschuiven op derden, wordt hun leven dan niet even adembenemend als de taal waarmee deze dichter - soms teder en verheven, soms ironisch en bits - hen omringt? De bundel gaat vergezeld van een cd, waarop de veelstemmigheid van de bundel is gearrangeerd voor drie stemmen - vertolkt door de dichters Ben Zwaal, Samuel Vriezen en Hans Groenewegen zelf.