Marta Wijk en Reinier Moorslag, ooit geliefden, gaan samen op vakantie na recente teleurstellingen in hun persoonlijk leven. Ze stranden echter door autopech in een Noord-Frans dorpje, waar de arme bevolking vergetelheid zoekt in een uit essenbladeren gebrouwen surrogaatcider. Tijdens het gedwongen verblijf geven Marta en Reinier zich in dat etmaal rekenschap van hun gevoelens voor elkaar, en van de gevolgen van hun verhouding.Zoals het onweer dat in de zomerhitte elke dag komt opzetten en dan weer wegtrekt eens móét losbarsten, zo zullen Marta en Reinier de consequenties moeten aanvaarden van hun inzicht.