Geert Mak- Reizen zonder John Altijd al was Amerika een ‘geheime liefde’ voor Geert Mak. Bijna ieder jaar reisde hij er rond, als journalist en zomaar, als toeschouwer en luisteraar. Het land hield hem een spiegel voor waarin hij Europa en Nederland telkens weer met een nieuwe blik kon bekijken. Nu richt hij zijn blik, eindelijk, op Amerika zelf. Geert Mak – gevierd en geliefd chroniqueur van Amsterdam (De engel van Amsterdam, Een kleine geschiedenis van Amsterdam) van Nederland (Hoe God verdween uit Jorwerd, De eeuw van mijn vader), en van Europa (In Europa, De hond van Tišma) – deelt zijn liefde voor en kennis over Amerika met ons in zijn nieuwste boek Reizen zonder John – Op zoek naar Amerika. Hij volgt daarin het spoor van de legendarische schrijver John Steinbeck, die in het najaar van 1960 met zijn poedel Charley een ontdekkingsreis maakte dwars door het toenmalige Amerika. Zijn tocht beschreef hij in de klassieker Reizen met Charley. Geert Mak maakte diezelfde reis, precies vijftig jaar later. In Reizen zonder John volgt Mak de Amerikaanse geschiedenis op een vergelijkbare wijze als de Europese geschiedenis in In Europa: een combinatie van een reis door het continent en een reis door de tijd. Tegelijkertijd onderzoekt hij, al kijkend en pratend met wie hij maar ontmoet, Amerika de afgelopen halve eeuw veranderd is. Zijn de dromen van toen nog de dromen van nu? Is Amerika nog ‘het beloofde land’? En wat bindt Amerika en Europa nog? Geert Mak werd op 4 december 1946 geboren te Vlaardingen als zoon van een gereformeerd predikant. Hij groeide op in Friesland, studeerde rechten en sociologie en werkte daarna een tijdje in de Tweede Kamer als assistent van de toenmalige PSP-fractie. Hij heeft ook een paar jaar les gegeven in Staatsrecht en Vreemdelingenrecht aan de Universiteit van Utrecht. Zijn journalistieke carrière ging pas goed van start toen hij in 1975 redacteur werd van het weekblad de Groene Amsterdammer. Vanaf 1985 waren op de VPRO-radio zijn mooie reisreportages vanuit Amerika, Azië, Oost-Europa en de onttakelende Sovjet-Unie te horen. Hij was toentertijd ook medewerker én stadsredacteur bij NRC Handelsblad. Een van de eerste boeken die aangaf welke richting Mak zou uitgaan was Reportages uit Nederland (1991, later Ooggetuigen van de vaderlandse geschiedenis). Hierin bundelde hij journalistieke en historische getuigenissen. In 1992 verscheen De engel van Amsterdam, een anatomische les over de Nederlandse hoofdstad en tegelijk een serie portretten van de bewoners. Drie jaar later volgde Een kleine geschiedenis van Amsterdam die in 1996 genomineerd werd voor de Gouden Uil. De echte doorbraak bij een breed publiek kwam met Hoe God verdween uit Jorwerd (1996), een zo langzamerhand klassieke beschrijving van de snelle teloorgang van de Europese boerencultuur. Hiervoor kreeg hij de Henriëtte Roland Holstprijs. Maks meest populaire boek is De eeuw van mijn vader (1999). Hierin verweeft hij de geschiedenis van Nederland in de twintigste eeuw nauw met zijn eigen familiegeschiedenis. Inmiddels zijn er meer dan een half miljoen exemplaren verkocht van De eeuw van mijn vader. Voor dit boek won Geert Mak in 2000 de NS Publieksprijs (toen nog de Trouw Publieksprijs). In 1999 reisde hij voor NRC Handelsblad kriskras door Europa en publiceerde iedere dag een notitie op de voorpagina van de krant. Het werd een reisverslag en een terugblik in de tijd met talloze lokale observaties en gesprekken met ooggetuigen. In 2004 verscheen het boek In Europa, waar meer dan 350.000 exemplaren van werden verkocht. Voor de tweede keer won Geert Mak de NS Publieksprijs. In 2004 publiceerde hij, na de moord op Theo van Gogh, een tweetal pamfletten waarin hij de journalistiek aanpakte: Gedoemd tot kwetsbaarheid en, als reactie op zijn critici, Nagekomen flessenpost. Hij haalde daarin fel uit tegen, wat hij noemde, 'de handelaren in angst'. Geert Mak bekleedde tussen 2000 en 2003 namens de stad Amsterdam het ambt van bijzonder hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam in de grootstedelijke problematiek, de zogenaamde Wibautleerstoel. In 2001 verscheen zijn oratie over het ideale stadsbeeld van de Amsterdammers door de eeuwen heen, De goede stad. Wegens zijn verdiensten voor de stad kreeg hij in 2002 de IJ-prijs. Geert Mak is gehuwd en woont deels in Amsterdam, deels in Friesland.