Op een ochtend wordt bij Elizabeth Stone een grote doos bezorgd. Het pakket bevat tien jaar aan persoonlijke dagboeken en een brief: Lieve Elizabeth. Je vraagt je vast af waarom ik jou mijn dagboeken nalaat. Per slot van rekening hebben we elkaar meer dan twintig jaar niet gezien... Met tegenzin begint Elizabeth de dagboeken te lezen. Ze beseft hoeveel impact zij heeft gehad op Vincent, haar voormalige leerling. Uit de schriften blijkt tevens dat Vincent al vroeg weet dat hij homoseksueel is en na zijn schooltijd vertrekt hij dan ook naar San Francisco; het is de tijd van de eerste aidsslachtoffers. Elizabeth leest hoe Vincent omgaat met de ziektes en de daaropvolgende dood van veel van zijn vrienden, maar ook hoe hij zelf ongeremd en wild verder leeft. Hoewel zij weet hoe het verhaal gaat eindigen, leeft Elizabeth sterk met Vincent mee: ze veroordeelt hem, ze wordt boos op hem, maar ze heeft vooral en vaak diep medelijden met hem. De dagboeken maken ook om een andere reden diepe indruk op haar: haar eigen moeder ontwikkelt in die tijd de eerste tekenen van dementie. Door zijn geschriften dwingt de leerling zijn lerares alsnog om haar eigen leven te onderzoeken. Hij test haar gevoelens en confronteert haar met haar angst voor de dood. Zo wordt zij alsnog zijn leerling en hij haar docent. Dagboeken van een overleden leerling is een aangrijpend verhaal over herinnering en verlies. Vincent streefde een vorm van onsterfelijkheid na tijdens zijn leven, maar verkrijgt die pas na zijn dood als Elizabeth hem alsnog onvergetelijk maakt. Dagboeken van een overleden leerling bewijst tevens dat mensen zich tot elkaar aangetrokken kunnen voelen, zelfs als hun levens niet synchroon hebben gelopen.