'Ze waren jong, welopgevoed en allebei nog maagd op deze avond voor hun huwelijksnacht, en ze leefden in een tijd dat een gesprek over seksuele problemen ronduit onmogelijk was. Maar eenvoudig is dit nooit. Ze zaten aan de avondmaaltijd in een kleine zitkamer op de eerste verdieping van een Georgian herberg. In de kamer ernaast was door de open deur een hemelbed zichtbaar, tamelijk smal, waarvan de sprei hagelwit was en verbluffend strak getrokken, als het ware het niet door mensenhand.' Met deze zinnen opent Aan Chesil Beach, het verhaal van een jong echtpaar aan de vooravond van hun huwelijksnacht tegen het decor van de seksuele revolutie begin jaren zestig. Net als in al zijn boeken weet McEwan het verhaal op te bouwen met de koele spanning van een thriller.