De Russische schrijver Tolstoi heeft de paradox van de macht ooit beeldend onder woorden gebracht: 'Ik zit op iemands rug en dwing hem mij te vervoeren. Niettemin verzeker ik mezelf en anderen ervan dat ik vreselijk met hem te doen heb en op allerlei mogelijke manieren probeer zijn last te verlichten - behalve door van zijn rug af te gaan.' Macht is een belast begrip, waarover in onze tijd alleen in besmuikte termen gesproken lijkt te kunnen worden. Maar intussen is het verschijnsel op zichzelf wel buitengewoon werkzaam in alle mogelijke verhoudingen, van politieke en economische tot sociale en relationele. Het is opvallend dat er eigenlijk nooit een veelomvattende en vrijpostige handleiding over de uitoefening van macht geschreven is. Er zou aan de hand van voorbeelden uit de geschiedenis, de filosofie, de literatuur, de hofcultuur enz. een fascinerend leerboek van de macht te schrijven zijn. Dat is precies wat Robert Greene in samenwerking met Joost Elffers heeft gedaan in De 48 wetten van de macht. Zonder enige gêne beschrijft hij een groot aantal wetten die bepalen hoe macht wordt verworven, uitgeoefend en gehandhaafd. Hij licht elke wet toe met aan alle tijden en plaatsen ontleende voorvallen, en maakt duidelijk waartoe zowel naleving als overtreding van de wet leidt. Elk hoofdstuk is bovendien voorzien van flankerende citaten uit de wereldliteratuur en de filosofie - wat de wetten een extra spirituele dimensie geeft. Het resultaat is een leerboek voor kleine en grote machthebbers, al dan niet in spe, en een uiterst afwisselend leesboek voor eenieder die om historische, sociologische, filosofische of zuiver persoonlijke redenen in macht geïnteresseerd is. En zelfs de literatuurliefhebber kan er zijn hart mee ophalen ' er is geen enkele wet die verbiedt dat hij het boek ironisch opvat.