DE ACHTERKANT VAN FLATGEBOUWEN is een allegorie van het minuscule, over onder meer zenuwbanen, nanotechnologie en insecten, veel insecten. Het zijn kleine symbolen voor de onvermijdelijke thema's leven, liefde en dood. Waar het zichtbare ophoudt, begint in deze bundel de verbeelding, maar die is niet ongebreideld: de ratio tempert en taal schiet ten slotte tekort. Taal is ons mooiste verraad.