De jonge Stijn Miller, hoofdpersoon van Smeets' eerdere sportromans, is in 1954 met zijn vader bij een uniek sportevenement: de proloog van de Tour de France in Amsterdam. Later maakt hij als sportjournalist ook de prologen in Scheveningen (1973), Leiden (1978) en 's-Hertogenbosch (1996) van dichtbij mee. In 2010 gaat de Tour in Rotterdam van start. De oude Miller wordt weer opgetrommeld voor allerlei knotsgekke evenementen rond de proloog. Wanneer hij op een podium een groot tv-spektakel staat te presenteren, slaan plots de stoppen bij hem door. Wat een idioterie om hem heen! Halsoverkop vlucht hij weg uit de Tour, weg uit de schijnwerpers en het leven dat hem al die jaren als gegoten heeft gezeten. De volgende dag kijkt hij eenzaam maar gelukkig naar een softbalwedstrijd van zijn dochter. Omstanders hoort hij opgewonden vertellen over de prachtige proloog. He does not give a shit. Na afloop gaat hij naar huis. Dan gaat de telefoon...