Een spionagemissie achter het IJzeren Gordijn. Gaat dit goed? Dus niet! De herinneringen aan zijn Surinaamse avontuur zijn langzaam aan het vervagen. Na zijn afstuderen in 1987 neemt Peter tegen heug en meug een baan aan als leraar op een kakineus lyceum in Hilversum. Er komt in december wat afleiding door een werkweek naar zowel West- als Oost-Berlijn. Onverwacht is er een telefoontje van de BVD en tijdens dit gesprek komt de reis naar Berlijn ter sprake. Dit wordt aanleiding Peter opnieuw voor een opdracht te vragen. Ditmaal gaat het via de Inlichtingen Dienst Buitenland (IDB). Het blijkt dat de controverse tussen Oost en West nog lang niet voorbij is, ontwapeningsbesprekingen ten spijt. Het zijn de jaren van de Amerikaanse president Reagan, de Russische leider Gorbatsjov, Star Wars, Glasnost en Perestrojka. Het gaat om computertechnologie die wederzijdse destructie nog steeds mogelijk maakt. Een stukje chiptechnologie dient uit het Oostblok te worden gesmokkeld. Peter wordt ineens een minuscuul radertje in het grote raderwerk dat de Koude Oorlog heet. Hij belandt in Oost-Berlijn en daar beginnen de problemen. Hoe redt hij zich eruit? Uiteindelijk is niets wat het lijkt.