'De blauwe prins' is het verhaal van een jong meisje dat haar wereld langzaam uit elkaar ziet vallen. Heen en weer geslingerd tussen haar tirannieke vader - een beroemd reclamefotograaf die haar gezicht gebruikt voor het verkopen van frisdrank en ijs - en haar moeder, die droevig het verval van haar huwelijk aanziet, klampt zij zich vast aan haar fascinatie voor een ziek buurjongetje. De kwellingen die zij thuis ondergaat, de opdringerige avances van haar schoolvriendje Max en de bizarre scènes die zich om haar heen afspelen worden draaglijk door de nabijheid van Toni Ottolini, de blauwe prins, wiens leven voor de eeuwigheid bedoeld lijkt. De liefde, en het altijd schrijnende gebrek eraan, is het voornaamste onderwerp van dit boek, maar ook het verschil tussen de werkelijkheid en de reclame die ervoor gemaakt wordt.