De jonge Gabriëlle komt op bureau Warmoesstraat haar broer Jean-Baptiste als vermist opgeven. Haar vriend kent Jean-Baptiste uit de tijd dat ze beiden lid waren van de Gouden Harten, een club die geld inzamelt voor goede doelen. Er zijn vreemde elementen in de club geslopen, er is ook sprake van chantage en fraude. De Cock, met ceeooceekaa, en Vledder besluiten poolshoogte te nemen in het clubhuis. Daar heeft het noodlot echter toegeslagen. De rechercheurs treffen er het lijk aan van Jean-Baptiste. Een stiletto steekt tussen zijn schouderbladen omhoog en in zijn rechterhand ligt een klein rood hartje.