Meneer Hoppe woonde in een kleine flat boven in een groot betonnen gebouw. Hij woonde helemaal alleen. Hij had twee grote liefdes in zijn leven. De ene waren de bloemen die hij op zijn balkon kweekte. De andere grote liefde hield hij zorgvuldig geheim. Dat was namelijk mevrouw Zilver, die onder hem woonde. Hij wilde dolgraag iets geweldigs doen, zodat hij in haar ogen een held zou zijn. Het probleem was dat mevrouw Zilver al haar liefde gaf aan haar schildpad, die Rudi heette. Op een dag bedenkt meneer Hoppe op een plan dat ervoor zou moeten zorgen dat mevrouw Zilver hem nu eens als een echte held zou zien... Vader Kreitjes gaat elke zaterdag met zijn twee zoons op eendenjacht. Van hun buurmeisje mogen ze dat niet meer doen. Als het toch weer doen, gebruikt ze haar tovervinger. De snavel van de Pelikaan was volstrekt uniek. De nek van de Giraffe, als een trekveer, heel bijzonder. De bruine Aap zong voor iedereen in de buurt: Wij staan met elkaar, dag en nacht voor u klaar. De Giraffe, de Peli en ik. Wat voerden ze in hun schild, dit buitengewone trio, toen Billy ze ontdekte in hun rare oude huis dat helemaal alleen aan de weg stond?