Marga Minco (1920) debuteerde in 1957 met Het bittere kruid, dat nadien in vele talen werd uitgegeven. Vanaf het moment van verschijning was het boek niet meer weg te denken uit de Nederlandse letteren. Het bittere kruid werd in 1957 bekroond met de Vijverberg-prijs van de Jan Campert-stichting (tegenwoordig bekend als de Bordewijk-prijs). Hierna volgden De andere kant (1959), Het huis hiernaast (1965), Een leeg huis (1967), De val (1983), De glazen brug (1986, Boekenweekgeschenk), Nagelaten dagen (1996) en Storing (2004), alsook een aantal jeugdboeken. In 1999 ontving Minco de Annie Romein-prijs, en in 2005 de Constantijn Huygens-prijs voor haar gehele oeuvre. Achter de muur bevat de verzamelde en voor deze uitgave herziene verhalen van Marga Minco. Een groot deel is niet eerder in boekvorm verschenen. De bundel Achter de muur, van een van de meest authentieke auteurs die de Nederlandse literatuur rijk is, bevat zevenenvijftig verhalen uit de periode 1951 tot nu. De onderwerpen zijn divers, maar ze hebben eenzelfde onderlaag en behandelen de thema's noodlot en herinnering. Achter de muur bevestigt Marga Minco's unieke, onversierde schrijfstijl en haar aandacht voor het - absurde - detail.