Broeder Petroc, een vriendelijke jonge novice, leidt een eenvoudig leven op het Engelse platteland. Hij doet zijn uiterste best om zijn ziel zuiver te houden - en het vrouwelijk schoon te weerstaan - maar loopt met open ogen in een wrede valstrik. Ingepalmd door de charmante maar vileine ex-tempelier Hugh de Kervezey laat hij zich verleiden om een relikwie van het altaar weg te nemen. Volgens Hugh heeft de bisschop het nodig, maar het betreft een ordinaire diefstal en voor Petroc het weet, krijgt hij een moord in de schoenen geschoven. Met het relikwie onder zij pij vlucht hij voor zijn leven.