In 1912 huurt de Duitser Wilhelm Uhde, een verzamelaar van kunstwerken, een appartement in Senlis om te schrijven en uit te rusten van zijn drukke leven in Parijs. Hij neemt de 48-jarige Séraphine in dienst als huishoudster. Korte tijd later merkt hij tot zijn verbazing bij plaatselijke notabelen een doek dat geschilderd is door zijn eigen huishoudster.